Ondanks hoge inflatie blijven forse loonsverhogingen nog steeds uit
We hebben nog altijd te maken met een torenhoge inflatie en het is de vraag hoelang dit nog duurt. De oorlog in Oekraïne is voorlopig niet afgelopen en de energieprijzen zijn flink gestegen. Werkgevers proberen hun werknemers een beetje tegemoet te komen, maar forse loonsverhogingen blijven uit. Verder zet de eis van de FNV om over te gaan tot volledige prijscompensatie geen zoden aan de dijk. Onze koopkracht blijft daardoor flink onder druk staan.
Volgens werkgeversvereniging AWVN is er momenteel dan ook geen sprake van een loongolf. “Dat moet echt sectorbreed zijn, maar dat is niet het geval. Veel bedrijven zijn nog voorzichtig vanwege de onzekerheid over de oorlog in Oekraïne”, zegt een woordvoerder.
Uitschieters van boven de 4 procent zijn dan ook een uitzondering. “Bedrijven zijn heel voorzichtig. Van een structurele loonsverhoging kom je namelijk niet zomaar af. Maar werkgevers bevinden zich in een lastige situatie. Ze willen werknemers tegemoetkomen qua koopkracht en moeten ook mensen behouden en aantrekken.”
De inflatie in ons land komt al maanden ruim boven de 10 procent uit, blijkt uit cijfers van statistiekbureau CBS. De gemiddelde loonstijging ligt op ruim 4 procent, waardoor veel mensen er in koopkracht op achteruit gaan. Dat is voor de FNV reden om met een flinke looneis aan de cao-tafels te gaan zitten. De vakbond eist volledige prijscompensatie, maar tot nu toe is dat bijna in geen enkele sector gelukt.
Acties en stakingen leveren soms flinke loonsverhogingen op
Via acties en stakingen lukte het de vakbond soms wel om een flinke loonsverhoging af te dwingen voor het NS-personeel. De werknemers krijgen er gemiddeld 9,25 procent bij. Ook krijgen zij twee keer een uitkering van 1.000 euro. Verder verdwijnen de jeugdlonen en komt er een koopkrachtreparatie voor de hoge inflatie.
In de technologische industrie kwamen vakbonden en werkgevers in tegenstelling tot voorgaande keren snel tot een akkoord. De 160.000 werknemers kunnen rekenen op een loonsverhoging van 9 procent en een eenmalige uitkering van 1.080 euro bruto.
Verder is onlangs de eerste grote cao in ons land opengebroken om de koopkracht van werknemers te repareren. Ongeveer zestienduizend medewerkers in de schilders- en onderhoudsbranche kunnen vanaf 1 januari rekenen op een loonstijging van maar liefst 10,3 procent.
‘Grote loonsverhogingen schadelijk voor economie’
Maar dat zijn dus slechts enkele uitzonderingen. De lonen zijn op jaarbasis met 3,2 procent gestegen, dus er is voor de vakbonden nog veel werk aan de winkel. Zo staakt het personeel van de Bijenkorf voor het eerst sinds 1971 voor een hoger loon, tot op heden zonder succes.
Werkgevers zijn in ieder geval niet bereid om de inflatie volledig te compenseren. Zij zeggen dat veel bedrijven daar helemaal geen geld voor hebben. Vooral mkb’ers kunnen die last niet dragen, omdat ze zelf ook de dupe zijn van de hoge energieprijzen. Sommige werkgevers zijn wel bereid tot een eenmalige uitkering om werknemers te compenseren.
De Nederlandsche Bank (DNB) wijst er ondertussen op dat te grote loonsverhogingen schadelijk kunnen zijn voor de Nederlandse economie. De toezichthouder ziet daarom weinig in automatische prijscompensatie, waarbij de lonen automatisch net zo hard stijgen als de inflatie. Dan bestaat het risico dat prijzen van goederen en diensten nóg verder omhooggaan.