Eigenaar Olympique Marseille wil het internet redden: ‘Het gaat nu mis’
De naam Frank McCourt zegt je misschien niet meteen iets, maar in de sportwereld maakte hij de laatste jaren naam. De miljardair was eigenaar van onder meer het Amerikaanse honkbalteam Los Angeles Dodgers. Nu bezit hij de voetbalclub Olympique Marseille, de huidige nummer vier van de Franse Ligue 1. O ja, en hij heeft een oplossing bedacht om het internet van zijn ondergang te redden.
Voor zijn reddingsactie heeft McCourt zeker 250 miljoen dollar (bijna 235 miljoen euro) gestoken in een non-profitorganisatie genaamd Project Liberty. Dit project moet ervoor zorgen dat internetgebruikers hun data weer in eigen handen krijgen. In gesprek met NU.nl zegt McCourt dat grote techbedrijven met onze data aan de haal gaan. Dat is volgens hem kwalijk en nergens voor nodig.
Om meer tijd vrij te maken voor Project Liberty trad McCourt recent af als directeur bij familiebedrijf McCourt Global. Dit bedrijf speelde aan het begin van de twintigste eeuw een belangrijke rol in het opzetten van de wegenstructuur in de Verenigde Staten. De analogie is in elk geval mooi. Ooit begonnen met het opzetten van een fysiek wegennetwerk en nu proberen het online netwerk te vernieuwen.
De 69-jarige miljardair heeft geen tijd te verliezen. “We zien het nu duidelijk misgaan bij Twitter”, zegt hij. “Daar is het een rotzooi. Maar het is ook een mooi voorbeeld dat de tekortkomingen van het huidige systeem blootlegt. Hoe het internet werkt zou niet afhankelijk moeten zijn van hoe een machtig persoon zich die dag voelt.”
Het internet als een hamer
De manier waarop technologie door de jaren heen is veranderd, is volgens McCourt fundamenteel verkeerd. Het internet werd gebouwd om mensen met elkaar te verbinden en hen toegang te geven tot een schat aan informatie. “Het moest de mensheid iets goeds brengen, maar het groeide uit tot iets anders”, zegt hij.
McCourt vergelijkt het internet met een stuk gereedschap. “Met een hamer kun je een huis bouwen of iemand de hersens inslaan. Zo werkt dat ook met technologie.” De schadelijke toepassingen van het internet kwamen de afgelopen jaren regelmatig bovendrijven. Onze data worden massaal verzameld en verhandeld. Ze kunnen op grote schaal worden misbruikt, bijvoorbeeld om verkiezingen te beïnvloeden.
Ook de opkomst van kunstmatige intelligentie en deepfakes kunnen gevaren opleveren, denkt McCourt. Het is nu al lastig om nepvideo’s van echt onderscheiden, iets wat nog veel moeilijker wordt als de technologie verder wordt ontwikkeld.
‘Move fast and fix things’
McCourt vraagt zich af hoe we deze problemen gaan oplossen als we zo doorgaan. We moeten volgens hem kunnen verifiëren wat echt is en wat niet, ook online. “Hoe gaan we de democratie beschermen als we de uitslagen van verkiezingen niet meer geloven?”
Martina Larkin is sinds begin deze maand de CEO van Project Liberty. Ze benadrukt dat de organisatie niet tegen het internet is, maar dat een koersverandering noodzakelijk is. “Vroeger hoorde je vanuit Silicon Valley vaak de uitspraak: move fast and break things. Wij zeggen liever: move fast and fix things.”
En dus is dit volgens het project de oplossing: wij moeten als internetgebruikers weer de baas worden over onze data. We hebben vaak geen flauw idee waar onze gegevens staan, waarvoor ze worden gebruikt en waar we mee akkoord gaan als we cookies accepteren. Project Liberty werkt aan een eigen protocol dat data gedecentraliseerd opslaat en die dat idee mogelijk moet maken.
“Stel dat onze data onderdeel worden van het internet, maar dat je zelf de volledige controle houdt over wat er met de gegevens gebeurt”, zegt McCourt. “Ze hoeven niet in grote serverparken opgeslagen te worden, waar ze slechts door een paar mensen beheerd worden.”
Technologische oplossing is er
Er is een technologische oplossing, zegt Larkin, maar die implementeren blijkt het lastigst. “De grootste uitdaging is nu om anderen mee te krijgen in onze visie. Alleen als veel mensen en organisaties samenwerken om iets te veranderen, kunnen we iets veranderen.”
De laatste jaren probeert de Europese Unie de macht van techgiganten te beteugelen. McCourt prijst de inzet van Brussel, maar denkt dat reguleren niet genoeg is. “We moeten grondig innoveren. Ik denk niet dat het helpt om bij grote platforms te blijven bedelen om onze data alsjeblieft niet te misbruiken.”
Volgende grote verandering voor het web
Naast Project Liberty bestaan er andere initiatieven om het internet te verbeteren. Een daarvan is Solid, een project van Tim Berners-Lee. Hij stond nota bene aan de wieg van het wereldwijde web (www), het internet zoals we dat nu kennen. Ook hij vindt dat mensen weer zeggenschap over hun eigen informatie moeten krijgen.
McCourt gaat naar eigen zeggen verder dan Berners-Lee. Hij wil de kern van het internet veranderen met een bredere aanpak. Zo moet Project Liberty bijvoorbeeld sociale wetenschappers en beleidsmakers erbij betrekken. De grootste uitdaging is voldoende draagvlak voor het project creëren.
Wat dat betreft is Berners-Lee wel een voorbeeld voor McCourt. “Hij bedacht het www. Dat zou geen betekenis hebben als niemand er iets mee had gedaan. Maar we deden het massaal wel en boem: het internet veranderde. Waarom zouden we dat niet nog eens voor elkaar kunnen krijgen?”