Bosnisch-Servische militairen opgepakt na 28 jaar na genocide in Srebrenica

De wereld staat stil bij het nieuws dat na 28 jaar eindelijk twee Bosnisch-Servische militairen zijn opgepakt voor hun betrokkenheid bij de genocide in Srebrenica. Deze tragedie, die plaatsvond in juli 1995, was een van de meest verschrikkelijke gebeurtenissen uit de recente geschiedenis van Europa.

De twee militairen, Milorad Komljenović en Vujadin Popović, werden opgepakt in Servië en zullen worden uitgeleverd aan het Internationaal Strafhof voor Oorlogsmisdaden in Den Haag. Ze worden beschuldigd van genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.

De slachting in Srebrenica is de meest verschrikkelijke gebeurtenis uit de Balkanoorlogen. Meer dan 8.000 Bosniakken, voornamelijk mannen en jongens, werden vermoord door Bosnisch-Servische troepen. Het was een van de ergste gevallen van genocide sinds de Tweede Wereldoorlog.

Hoewel er al veel mensen zijn veroordeeld voor hun betrokkenheid bij de slachting in Srebrenica, is dit de eerste keer dat twee hoge militairen worden gearresteerd. Het is een belangrijke stap in de richting van gerechtigheid voor de slachtoffers en hun families.

De arrestatie van Komljenović en Popović is een teken dat er geen ontkomen is aan gerechtigheid. Het is een duidelijk signaal dat er geen verjaring is voor oorlogsmisdaden en dat er geen plek is waar mensen zich kunnen verbergen voor hun misdaden.

Het is belangrijk dat we ons herinneren wat er in Srebrenica is gebeurd en dat we ervoor zorgen dat zoiets nooit meer gebeurt. We moeten ervoor zorgen dat de slachtoffers van deze tragedie nooit vergeten worden en dat degenen die verantwoordelijk zijn voor hun misdaden worden gestraft.