Het Israëlische Hooggerechtshof heeft een omstreden wet verworpen die de invloed van de rechterlijke macht op de rechtspraak beperkt. De wet, die in januari werd aangenomen door het parlement, zou de rechterlijke macht verhinderen om wetten tegen te houden die door de regering worden voorgesteld.

De wet werd verworpen door een meerderheid van 8-1 stemmen. Het Hooggerechtshof oordeelde dat de wet in strijd was met de Israëlische grondwet, omdat het de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht beperkte.

De wet was bedoeld om de macht van de rechterlijke macht te beperken, maar het Hooggerechtshof oordeelde dat de wet te ver ging. Het Hof zei dat de wet een “onacceptabele inbreuk” op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht zou zijn.

Het Hooggerechtshof oordeelde ook dat de wet een “onacceptabele beperking” van de rechtspraak zou betekenen. Het Hof zei dat de wet “de mogelijkheid om een rechtvaardige en effectieve rechtspraak te garanderen” zou beperken.

De omstreden wet had het mogelijk gemaakt voor de regering om wetten te introduceren die door het Hooggerechtshof konden worden tegengehouden. De wet was bedoeld om ervoor te zorgen dat de regering meer invloed kreeg op de rechtspraak.

Hoewel de wet is verworpen, is het nog steeds mogelijk dat de regering een nieuwe wet voorstelt die minder vergaande beperkingen oplegt aan de rechterlijke macht. De regering heeft aangegeven dat ze bereid is om met het Hooggerechtshof te praten over een nieuwe wet die voldoet aan hun eisen.