De Nederlandse overheid heeft een landelijke ophokplicht ingesteld om de toename van vogelgriepbesmettingen tegen te gaan. Deze maatregel is genomen om te voorkomen dat de ziekte zich verder verspreidt.

De ophokplicht geldt voor alle bedrijven die kippen, eenden, ganzen en andere vogels houden. Deze bedrijven moeten hun vogels binnen houden, zodat ze niet in contact komen met wilde vogels die mogelijk besmet zijn. De bedrijven mogen hun vogels alleen buiten laten als het noodzakelijk is voor hun gezondheid en welzijn.

De overheid heeft ook een aantal andere maatregelen genomen om de verspreiding van vogelgriep tegen te gaan. Zo worden er strengere regels opgelegd aan bedrijven die vogels vervoeren, zoals het verplicht stellen van een vervoersvergunning. Ook worden er strengere controles uitgevoerd op bedrijven die vogels houden, om te voorkomen dat er besmette vogels worden verhandeld.

De overheid raadt ook aan dat mensen die vogels houden hun dieren binnen houden en goed op hun gezondheid letten. Als mensen gezonde vogels hebben, kunnen ze de verspreiding van de ziekte helpen voorkomen.

De landelijke ophokplicht is bedoeld om de verspreiding van vogelgriep tegen te gaan. Als iedereen zich aan de maatregelen houdt, kan de ziekte worden beperkt en kan er een einde komen aan de toename van besmettingen.